D6020C00001 studie MEDI0680 + durvalumab versus nivolumab

A Phase 1/2, Open-label Study to Evaluate the Safety and Antitumor Activity of MEDI0680 (AMP-514) in Combination with Durvalumab versus Nivolumab Monotherapy in Subjects with Select Advanced Malignancies.

Protocolnummer: D6020C00001
Eudract nummer: 2016-000323-43
METc nummer: 2017/346
Onderzoekscode:  

Samenvatting

Dit is een open label, fase 1/2-onderzoek in meerdere centra om de veiligheid, verdraagbaarheid, PK, immunogeniciteit en antitumoractiviteit van MEDI0680 in combinatie met durvalumab of nivolumab monotherapie te onderzoeken bij immunotherapie-naïeve volwassen proefpersonen met geselecteerde gevorderde maligniteiten. Het onderzoek zal in ongeveer 50 onderzoekscentra over de hele wereld worden uitgevoerd.

Het onderzoek omvat 2 fasen, dosisescalatie en dosisexpansie. De dosis escalatie fase is afgerond. In de dosisexpansie fase worden proefpersonen met immunotherapie naïef gemetastaseerd heldercellig niercelcarcinoom gerandomiseerd (2:1) tussen MEDI0680 /durvalumab-combinatiebehandeling of nivolumab monotherapie.

De behandeling kan voortgezet worden tot onaanvaardbare toxiciteit, bevestigde progressie van de ziekte (PD), of om een andere reden, voor een maximum duur van 2 jaar.

Aan het eind van het onderzoek kunnen proefpersonen die nog steeds een klinisch voordeel hebben in aanmerking komen om om de behandeling voort te zetten..

Inclusiecriteria

  • Leeftijd ≥ 18 jaar oud ten tijde van de screening.
  • ECOG-performance status van 0 – 1.
  • Histologische bevestigd gevorderd of gemetastaseerd RCC met een heldercellige component.
  • Tenminste 1 en niet meer dan 2 eerdere behandellijnen met een angiogenese remmer (o.a. sunitinib, sorafenib, pazopanib, axitinib, tivozanib en bevacizumab), in de gevorderde of gemetastaseerde setting.
  • Mag niet meer dan 3 voorafgaande systemische behandellijnen in de gevorderde of gemetastaseerde setting en moet radiologisch bewijs van progressie op of na het laatste behandelingsschema binnen 6 maanden voorafgaand aan deelname aan dit onderzoek.
  • Geen eerdere behandeling met een anti-PD-1, anti-PD-L1, anti-PD-L2, anti-CD137, of anti-CTLA-4 antilichaam, of een ander antilichaam of geneesmiddel dat zich specifiek richt op T-cel co-stimulatie of checkpoint reactiepaden
  • Geen eerdere behandeling met een mTOR remmer (o.a. everolimus, temsirolimus, sirolimus en ridaforolimus)
  • Eerdere cytokinebehandeling (bijv., IL-2, IFN-α) of behandeling met cytostatica is toegestaan.
  • Proefpersonen moeten ten minste 1 meetbare laesie volgens RECIST v1.1 hebben. Een eerder bestraalde laesie kan niet als een targetlaesie worden beschouwd. Radiologische ziektebeoordeling moet binnen 28 dagen voorafgaand aan de eerste dosis hebben plaatsgevonden.
  • Vereisten voor biopsie:
    • In staat en bereid om indien nodig schriftelijk informed consent te geven voor een  tumorbiopsie. Verse tumorbiopten moeten bij voorkeur worden verkregen van tumorlaesies die op veilige wijze toegankelijk zijn, zoals bepaald door de onderzoeker en uitgevoerd door procedures zonder significant risico (raadpleeg rubriek 4.3.2.1).
    • Voor dosisexpansie cohort:
      • Tumorweefsel (in formaline gefixeerd, in paraffine ingebed [FFPE] gearchiveerd of vers tumorweefsel) moet zijn ontvangen door de centrale vendor (blokje of ongekleurde preparaten) en beoordeelbaar zijn voor PD-L1-expressiestatus om een proefpersoon naar een onderzoeksbehandeling te kunnen randomiseren.
      • Alle proefpersonen worden aangemoedigd om toestemming te geven om verse tumorbiopten af te staan vóór de behandeling en tijdens de behandeling. Maar biopsies tijdens de behandeling zijn optioneel.
    • Toereikende orgaan- en beenmergfunctie, zoals hieronder gedefinieerd:
      • Hemoglobine ≥ 9 g/dl
      • Absoluut aantal neutrofielen ≥ 1.500/mm3
      • Aantal bloedplaatjes ≥ 100.000/mm3
      • Totaal bilirubine ≤ 1,5 × ULN behalve proefpersonen met gedocumenteerd syndroom van Gilbert (> 3 × ULN) of levermetastasen, die een totaal bilirubine bij de uitgangswaarde van ≤ 3.0 mg/dl moeten hebben
      • ALT en AST ≤ 2,5 × ULN; voor proefpersonen met levermetastasen, ALT en AST ≤ 5 × ULN
      • berekende creatinine klaring of 24-uurs urine creatine klaring ≥40mL/min bepaald door de Cockroft-Gault formule (gebruik makende van actueel lichaamsgewicht).
  • Schriftelijke geïnformeerde toestemming en eventuele lokaal vereiste toestemming verkregen van de proefpersoon/wettelijke vertegenwoordiger vóór het uitvoeren van procedures die verband houden met het protocol, waaronder screenings procedures.
  • Vrouwelijke proefpersonen die vruchtbaar zijn en die seksueel actief zijn met een niet-gesteriliseerde mannelijke partner, moeten vanaf de screening ten minste één zeer effectieve anticonceptiemethode gebruiken en moeten akkoord gaan met het gebruik van deze voorzorgsmaatregelen gedurende 120 dagen na de laatste dosis MEDI0680 of durvalumab of 150 dagen na de laatste dosis van nivolumab. Het is sterk aangeraden voor de mannelijke partner van een vrouwelijke proefpersoon om ook tijdens deze periode een mannencondoom te gebruiken plus een spermicide. Vrouwelijke proefpersonen moeten afzien van eiceldonatie en het geven van borstvoeding gedurende deze periode.
    • Vrouwelijke proefpersonen die vruchtbaar zijn worden gedefinieerd als degenen die niet chirurgisch steriel zijn of zij die niet postmenopauzaal zijn.
      • Vrouwen < 50 jaar oud worden geacht postmenopauzaal te zijn als ze gedurende ten minste 12 maanden of langer na het stoppen van exogene hormonale behandelingen geen menstruatie hebben gehad en niveaus van luteïniserend hormoon en follikelstimulerend hormoon in het postmenopauzale bereik voor de instelling hebben of chirurgisch zijn gesteriliseerd.
      • Vrouwen ≥ 50 jaar oud worden geacht postmenopauzaal te zijn als ze gedurende ten minste 12 maanden of langer na het stoppen van exogene hormonale behandelingen geen menstruatie hebben gehad, door straling veroorzaakte menopauze met de laatste menstruatie > 1 jaar geleden, door chemotherapie veroorzaakte menopauze met de laatste menstruatie > 1 jaar geleden, of chirurgische sterilisatie ondergingen.
    • een uiterst betrouwbare vorm van contraceptie wordt gedefinieerd als 1 die leidt tot een laag percentage falen (minder dan 1% per jaar) als het consistent en op de juiste manier gebruikt wordt. Sommige contraceptiva methoden worden als niet uiterst betrouwbaar gezien.
  • Niet gesteriliseerde mannen die seksueel actief zijn met een vrouwelijk partner die zwanger kan worden moeten vanaf dag 1 tot en met 120 dagen na de laatste dosis van MEDI0680 of durvalumab of 150 dagen na de laatste dosis nivolumab een mannencondoom met een zaaddodend middel gebruiken. Bovendien moeten mannelijke proefpersonen zich onthouden van het verwekken van een kind of het doneren van sperma gedurende het onderzoek en gedurende 120 dagen na de laatste dosis MEDI0680 of durvalumab of 150 dagen na de laatste dosis nivolumab.

Exclusiecriteria

  • Gelijktijdige deelname aan een ander klinisch onderzoek, tenzij in een follow-upperiode of als het een observationeel onderzoek is
  • Centraal zenuwstelsel (CNS) metastasen en leptomeningeale metastasen zijn exclusies (OPMERKING: myelumcompressie die gestabieliseerd is, is toegestaan).
  • Gelijktijdige behandeling met chemotherapie, immunotherapie, biologische of hormonale therapie voor kanker. Gelijktijdig gebruik van hormonen voor niet-kanker-gerelateerde aandoeningen (bv. insuline voor diabetes en hormoonvervangende behandeling) is toegestaan (NB: Lokale behandeling van geïsoleerde laesies voor palliatieve intentie is toegestaan [bv. lokale chirurgie of bestraling])
  • Elke experimentele antikankerbehandeling binnen 28 dagen vóór de eerste dosis van durvalumab en MEDI0680 of nivolumab.
  • Grote operatie (zoals gedefinieerd door de onderzoeker) binnen 28 dagen vóór de eerste dosis durvalumab en MEDI0680 of nivolumab of nog herstellend van een eerdere operatie
  • Niet verdwenen toxiciteit van eerdere antikankerbehandeling, gedefinieerd als niet gereduceerd tot NCI CTCAE v4.03 graad 0 of 1 met uitzondering van alopecia en laboratoriumwaarden die in de inclusiecriteria zijn vermeld. Proefpersonen met eerdere endocriene toxiciteit (zoals hypothyreoïdie) die stabiel zijn met vervangende behandeling worden niet uitgesloten. Proefpersonen met irreversibele toxiciteit die redelijkerwijs niet wordt verwacht erger te worden door durvalumab en MEDI0680 of nivolumab (bv. gehoorverlies) kunnen meedoen na overleg met de medische monitor
  • Huidig of eerder gebruik van immunosuppressiva binnen 14 dagen vóór de eerste dosis van durvalumab en MEDI0680 of nivolumab met uitzondering van intranasale en geïnhaleerde corticosteroïden of systemische corticosteroïden bij fysiologische doses die 10 mg/dag prednison of een equivalent hiervan niet overschrijden
  • Actieve of eerder gedocumenteerde auto-immuun- of ontstekingsziekte (inclusief inflammatoire darmziekte, diverticulitis behalve diverticulose, coeliakie, prikkelbare darmziekte, ziekte van Wegener, syndroom van Hashimoto) in de afgelopen 3 jaar. Personen met vitiligo, alopecia, ziekte van Grave, of psoriasis die geen systemische behandeling vereisen (in de afgelopen 3 jaar) worden niet uitgesloten
  • Voorgeschiedenis van primaire immuundeficiëntie of tuberculose
  • Testresultaten die een actieve infectie met het humaan immunodeficiëntievirus (hiv) en hepatitis A, B of C aangeven
  • Ontvangst van levend, verzwakt vaccine binnen 28 dagen vóór de eerste dosis van durvalumab en MEDI0680 of nivolumab. NB: Proefpersonen die meedoen mogen geen levend vaccin ontvangen tijdens het onderzoek en tot 90 dagen na de laatste dosis van durvalumab en MEDI0680 of nivolumab.
  • Vrouwen die die zwanger zijn, borstvoeding geven of van plan zijn om zwanger te worden tijdens deelname aan het onderzoek.
  • Ongecontroleerde bijkomende ziekte, o.a. aanhoudende of actieve infectie, huidige pneumonitis, symptomatisch congestief hartfalen, ongecontroleerde hypertensie, instabiele angina pectoris, hartritmestoornissen, interstitiële longziekte, of psychiatrische ziekte / sociale situaties die het naleven van de studievereisten zou beperken, het risico op het optreden van bijwerkingen van durvalumab of MEDI0680 of nivolumab aanzienlijk zou verhogen, of het vermogen van de proefpersoon om schriftelijke toestemming te geven zou compromitteren
  • Diagnose van een tweede maligniteit binnen de laatste 2 jaar voorafgaand aan cyclus 1, dag 1, met uitzondering van die met verwaarloosbaar risico op metastasering of overlijden, curatief behandeld (zoals adequaat behandeld carcinoma in situ van de cervix, basaalcel- of plaveiselcel carcinoom van de huid, prostaatkanker die chirurgisch in opzet curatief behandeld is, ductaal carcinoma in situ dat chirurgisch in opzet curatief behandeld is).
  • Bekende allergie of overgevoeligheid voor de formuleringen van het onderzoeksmiddel
  • Een aandoening die, naar mening van de onderzoeker, een hindernis zou vormen bij het beoordelen van het onderzoeksproduct of de interpretatie van de veiligheid van de proefpersoon of de onderzoeksresultaten

Studiecoördinator

Dr. S.F. Oosting
Afdeling Medische Oncologie
Tel.: 050 3612821 (secretariaat Oncologie)
E-mail: s.oosting@umcg.nl